Verschenen in
Carnitine slecht voor het hart en de bloedvaten?
L-Carnitine is een wateroplosbare vitamineachtige stof die voedsel helpt omzetten in energie. Het is noodzakelijk voor de verbranding van de vetzuren met een lange keten (omega-3 en omega-6), die carnitine nodig hebben als transporteur om in de mitochondriën (de energiecentrales in de cel) te geraken.
In normale omstandigheden maken we zelf carnitine aan uit het aminozuur lysine - met behulp van vitamine C, B6, B3, ijzer en SAM (S-adenosylmethionine). Ongeveer 95% van carnitine wordt door de nieren terug opgenomen in het bloed. Bij gezonde mensen - zelfs bij strikte vegetariërs - zou dat voldoende moeten zijn om een tekort te voorkomen. Een gebrek aan bovengenoemde stoffen en een slechte nierfunctie kunnen een tekort veroorzaken als er onvoldoende carnitine met de voeding ingenomen wordt.
Carnitine zit vooral in dierlijke producten, vis en (rood) vlees. In plantaardige voeding is het gehalte aan carnitine verwaarloosbaar, met uitzondering van avocado’s en tempeh (gefermenteerde sojabonen).
Men schat de gemiddelde inname van een omnivoor (alleseter) op 20 tot 200 mg per dag en die van een vegetariër op 1 mg per dag.
Suppletie met carnitine wordt onder andere ingezet voor meer energie, voor een betere vetverbranding, tegen leververvetting, voor een goede doorbloeding en zenuwgeleiding.
Een hoge inname van carnitine uit (rood) vlees bevordert echter de vorming van atherosclerotische plaque.
Carnitine kan door de darmbacteriën omgezet worden in trimethylamine (TMA) en vervolgens door de lever in trimethylamine-N-oxide (TMAO), een atherogene stof (een stof die atherosclerose kan veroorzaken wanneer er te veel van in het bloed aanwezig is). Deze ontdekking deed de vraag rijzen of suppletie met carnitine atherosclerose kan veroorzaken.
Het probleem is echter niet carnitine zelf, maar veel vlees en dierlijke producten, vooral rood vlees (de bronnen van carnitine) en het effect daarvan op de darmflora.
Veel vlees eten (en weinig groenten, fruit en vezels) wijzigt de darmflora ten gunste van bepaalde soorten bacteriën die zich voeden met eiwitten en die toxische stoffen aanmaken. Het zijn deze bacteriën die carnitine (en ook creatine, betaïne en choline) omzetten in TMA.
Bij vegetariërs en veganisten wordt bijna geen of veel minder TMA en TMAO aangemaakt na het eten van een biefstuk plus extra L-carnitine (suppletie), in vergelijking met vleeseters. Ze hebben namelijk een andere darmflora.
Dat plaatst natuurlijk wel vraagtekens bij het effect van suppletie met carnitine bij mensen die veel vlees en dierlijke producten en weinig groenten en fruit eten. Studies met carnitine laten veel gunstige effecten zien, ook bij hart- en vaatziekten (zie kader). Er zijn tot nog toe geen studies die een verband aantonen tussen suppletie met carnitine en atherosclerose, alleen tussen een hoge inname van carnitine uit rood vlees en atherosclerose. Misschien moet men de verschillen tussen suppletie bij vleeseters en vegetariërs en/of veganisten eens nader onderzoeken.
Aangetoonde effecten van carnitine
- verhoogt de energieaanmaak
- herstelt mitochondriale disfunctie, een van de hoofdoorzaken van vroegtijdige veroudering
- stimuleert de vetverbranding en onrechtstreeks ook de verbranding van glucose (door het verhogen van de activiteit van de mitochondriën)
- verbetert de hartfunctie door een verhoogde aanvoer van vetzuren voor energie
- laat het hart efficiënter werken en verlaagt de hartslag tijdens intensieve inspanningen
- verlaagt het triglyceridengehalte, een van de risicofactoren voor hart- en vaatziekten
- verhoogt HDL-cholesterol
- verlaagt lipoproteïne a, een risicofactor voor hartziekten
- bevordert de bloedcirculatie en voorkomt hartritmestoornissen
- verbetert de insulinegevoeligheid en de bloedsuikerspiegel bij diabetes en metabool syndroom
- beschermt en regenereert neuronen of zenuwcellen
- stimuleert de overdracht van boodschappen tussen zenuwcellen onderling en tussen zenuwcellen en spieren
©Hilde Maris
Meer info
Carnitine. Vetverbranding, energieaanmaak & gezonde genen. PlaceboNocebo 29.
Referenties
- Ferguson JF. Meat-loving microbes: do steak-eating bacteria promote atherosclerosis? Circ Cardiovasc Genet. 2013 Jun;6(3):308-9.
- Kugelberg E. Nutrition: Red meat consumption leads to a microbiota-dependent risk of cardiovascular disease. Nat Rev Endocrinol. 2013 Jul;9(7):378.
- Koeth RA, Wang Z, Levison BS, et al. Intestinal microbiota metabolism of L-carnitine, a nutrient in red meat, promotes atherosclerosis. Nat Med. 2013 May;19(5):576-85.