Verschenen in
De arme koning & de zilveren munt
Een wijze man kwam op zijn rondreis door het land in de hoofdstad terecht, waar de beroemde koning van het land woonde. Toen hij door de straten kuierde, zag hij plots een zilveren munt liggen. Hij raapte de munt op en vroeg zich af wat hij ermee moest doen. Hij leefde een eenvoudig leven en had alles wat hij wou. Hij had de munt niet nodig. Hij nam zich voor om de munt te geven aan iemand die er behoefte aan had.
Hij wandelde verder door de straten van de stad, maar kwam niemand tegen die de munt nodig had. Uiteindelijk werd het laat en ging hij naar een herberg om te overnachten.
Toen hij de volgende ochtend opstond en naar buiten ging, zag hij de koning in vol ornaat marcheren, geflankeerd door een leger in wapenuitrusting. De koning zag de wijze man en beval zijn leger halt te houden.
“Oh, grote wijze man”, zei de koning, “ik ga vandaag op oorlogspad om meer land te veroveren en mijn eigen land uit te breiden. Geef me alstublieft uw zegen, opdat ik zal overwinnen.”
De wijze man dacht even na en gaf de koning uiteindelijk de zilveren munt. De koning was in verwarring gebracht en enigszins geërgerd. Hij was een van de rijkste mannen op aarde, wat moest hij met een zilveren munt?
“Wat is de bedoeling van deze munt?”, vroeg hij nieuwsgierig.
“Wel, machtige koning”, zei de wijze, “ik heb deze munt gisteren gevonden terwijl ik door uw straten liep. Omdat ik hem niet nodig heb, besloot ik hem aan iemand te geven die er wel behoefte aan heeft. Maar ik vond in heel deze stad niemand. Iedereen leidt hier een gelukkig leven. Ze zijn allemaal tevreden met wat ze hebben. Maar nu merk ik dat de koning van dit land nog niet tevreden is met wat hij heeft en nog meer wil hebben. Jij kan deze munt dus blijkbaar het beste gebruiken.”