Verschenen in
De waardeloze boom
Een wijze oude meester kwam tijdens een wandeling met zijn leerlingen aan bij een grote open plek waar vroeger een bos was. Houthakkers waren bezig de laatste stukken hout van afgekapte bomen in karren te laden. Er stond nog één boom overeind in de kale vlakte.
De meester stuurde zijn leerlingen naar de houthakkers om hen te vragen waarom deze boom niet gekapt was, terwijl alle andere bomen wel omgehakt waren.
De leerlingen vroegen aan de houthakkers: “Waarom hebben jullie deze boom niet omgehakt?”
De houthakkers antwoordden: “Met deze boom kan je niets doen. Hij is nergens mooi recht en de takken zitten vol knoesten. Je kan er geen deurpost van maken, je kan er geen tafels, stoelen of andere meubels van maken. Hij deugt ook niet als brandhout omdat hij rook geeft die schadelijk is voor de ogen en waar je blind van kan worden. Deze boom is compleet waardeloos, dus we laten hem staan, anders hebben we er nog werk mee zonder dat het iets oplevert.”
De leerlingen kwamen terug en vertelden dit aan hun meester. Die lachte en zei:
“Zorg dat je zo'n boom bent. Als je in deze wereld wilt overleven, wees dan zoals die boom. Als je mooi recht bent, word je vroeg of laat omgehakt, je wordt een meubelstuk in iemands woning. Als je er goed uitziet, zul je op de markt verkocht worden, dan word je koopwaar. Wees als die boom, totaal waardeloos. Dan heb je van niemand iets te vrezen. Je zal hoog en breed kunnen uitgroeien en duizenden mensen zullen schaduw bij je vinden.”