Verschenen in
Flavonoïden zijn actiever dan men kan meten
Flavonoïden zijn een grote groep voedingsstoffen die tot de polyfenolen behoren en alleen in plantaardig voedsel zitten. Ze hebben een antioxidatieve, ontstekingsremmende en immunomodulerende werking en beïnvloeden zowat alle biochemische en metabole processen in het lichaam. Ze worden beschouwd als veelzijdige natuurlijke geneesmiddelen die ingezet kunnen worden voor de preventie en behandeling van alle degeneratieziekten. Omdat algemeen aangenomen wordt dat ze slecht opgenomen worden en een heel lage biobeschikbaarheid hebben, ontwikkelt men synthetische afgeleiden of derivaten van flavonoïden (en andere polyfenolen) om ze als medicijnen te kunnen inzetten.
In de voeding komen flavonoïden niet geïsoleerd voor, maar in een voedingsmatrix, waarin ze vooral gebonden zijn aan suikers (glycosiden), maar soms ook aan acetyl, methyl of sulfaat. Ze worden in de spijsvertering losgemaakt van de suikers, waarna ze opgenomen kunnen worden in het bloed.
Omdat ze door het lichaam als vreemde stoffen beschouwd worden, worden ze in het bloed gebonden aan glucuronzuur, sulfaat (zwavel), acetyl of methyl. Dat is een onderdeel van het detoxificatiesysteem, dat ook toxische of potentieel schadelijke stoffen bindt en verwijdert. Daarmee worden flavonoïden en andere polyfenolen tijdelijk inactief gemaakt, maar dat wil niet zeggen dat ze niet meer beschikbaar zijn. Ze blijven juist langer beschikbaar omdat ze stabieler geworden zijn. Ze kunnen weer vrijgemaakt worden uit hun verbindingen in de cellen zelf. Dat gebeurt vooral onder invloed van oxidatieve stress en inflammatie. In de cellen zelf kunnen ze omgezet worden in verschillende andere tussen- of eindproducten (metabolieten) met een sterkere of minder sterke activiteit (Lotito SB, 2011).
Flavonoïden worden niet alleen gebonden aan glucuronzuur, zwavel, acetyl of methyl, maar worden ook omgezet in andere flavonoïden. Zo kan apigenine door darmbacteriën omgezet worden in naringenine en omgekeerd. Luteoline kan omgezet worden in eriodictyol en floretine. Quercetine wordt onder andere omgezet in isorhamnetine, taxifoline en tamarixetine. Ze kunnen allemaal nog verder omgezet worden in andere stoffen (Hostetler GL, 2017; Schoefer L, 2003; Jeon YM, 2009).
Dat wil zeggen, dat wanneer men de opname of de biobeschikbaarheid van flavonoïden onderzoekt en kijkt naar de bloedwaarden of de uitscheiding via de stoelgang of urine, dat men er dan rekening moet mee houden dat wanneer er weinig of niets van een bepaalde flavonoïde in het bloed gevonden wordt, dat niet wil zeggen dat het niet goed opgenomen is en niet werkt. Alle afbraakproducten en metabolieten van flavonoïden zijn juist een belangrijk onderdeel van hun bioactiviteit. De aanmaak en activiteit van al deze metabolieten in het menselijk lichaam wordt beïnvloed door heel veel factoren en kan niet voorspeld worden.
©Hilde Maris
Referenties
- Hostetler GL, Ralston RA, Schwartz SJ. Flavones: Food Sources, Bioavailability, Metabolism, and Bioactivity. Adv Nutr. 2017;8(3):423‐435. Published 2017 May 15.
- Jeon YM, Kim BG, Ahn JH. Biological synthesis of 7-O-methyl Apigenin from naringenin using escherichia coli expressing two genes. J Microbiol Biotechnol. 2009;19(5):491‐494.
- Lotito SB, Zhang WJ, Yang CS, Crozier A, Frei B. Metabolic conversion of dietary flavonoids alters their anti-inflammatory and antioxidant properties. Free Radic Biol Med. 2011;51(2):454‐463.
- Schoefer L, Mohan R, Schwiertz A, Braune A, Blaut M. Anaerobic degradation of flavonoids by Clostridium orbiscindens. Appl Environ Microbiol. 2003;69(10):5849‐5854.