Polyfenolen in de darmen

Polyfenolen, de bioactieve stoffen die in groenten, fruit en andere plantaardige voedingsmiddelen zitten, werden lange tijd gezien als ‘nutteloze’ voedingsstoffen, die geen functie hadden en niet essentieel waren voor de gezondheid. Maar deze bijzondere voedingsstoffen vormen een belangrijke link tussen de voeding waar ze in zitten en een goede gezondheid. Omdat ze zo’n veelzijdige geneeskrachtige eigenschappen hebben, worden ze steeds vaker als supplement of als medicijn ingezet. In de medische literatuur wordt in bijna elk artikel over polyfenolen het ‘probleem van de slechte opname’ ter sprake gebracht. Ze zouden zo slecht opgenomen worden dat de therapeutische waarde beperkt is, tenzij je de polyfenolen van vorm verandert en er een medicijn van maakt, of een supplement met een farmaceutische werking. Maar polyfenolen hoeven helemaal niet goed opgenomen te worden (of toch niet in grote hoeveelheden) om de gezondheid te bevorderen. Veel polyfenolen werken namelijk vooral in de darmen, waar ze de darmflora verbeteren, de darmbarrière versterken, ontsteking en oxidatieve stress remmen en immuunreacties in balans houden. Ze zijn met andere woorden de perfecte voedingsmedicijnen voor voedselintoleranties. Door de darmen gezond te houden – of weer gezonder te maken – hebben ze een onrechtstreeks maar niet te onderschatten effect op de gezondheid van heel het lichaam, zelfs al worden ze niet (goed) opgenomen – of juist omdat ze niet goed opgenomen worden.