Nerveuze mensen & bijtende honden

Iedereen die een hond heeft, weet dat een hond anders reageert op iemand die bang is voor honden. Een hond gedraagt zich vaak vijandiger of defensiever tegenover angstige of zenuwachtige mensen.

Angstige en nerveuze mensen hebben ook meer kans om gebeten te worden door een hond dan rustige mensen, zowel door vreemde honden als door hun eigen hond. De meeste honden- eigenaars weten dat, maar het wordt ook bevestigd door een recent onderzoek, waarin vastgesteld werd dat de persoonlijkheid en vooral de emotionele stabiliteit de belangrijkste factor was voor het risico op een hondenbeet.

In dit onderzoek werd de emotionele stabiliteit van bijna 700 deelnemers bepaald aan de hand van de zogenaamde Ten Item Personality Inventory (TIPI). De deelnemers die emotioneel stabiel waren (kalm, evenwichtig, rustig) hadden minder kans om door een hond gebeten te worden dan de deelnemers die emotioneel instabiel of neurotisch waren (nerveus, angstig, depressief, gestrest, gespannen, onzeker).

De TIPI-score gaat van 1 tot 7. Hoe hoger de score, hoe meer men emotioneel stabiel is. Voor elk extra punt dat men scoorde, daalde het risico op een hondenbeet met 23% (Westgarth C, 2018).

Honden zijn niet agressief ‘van aard’, maar worden agressief in bepaalde omstandigheden, meestal door een slechte behandeling, maar soms ook door lichamelijke oorzaken (hormonale stoornissen, tumoren). Een hond hoeft ook geen agressieve hond te zijn om te bijten.

Een hond bijt meestal uit angst of om zichzelf te verdedigen. Bijtgedrag wordt in de meeste gevallen uitgelokt door menselijk

gedrag (meestal onbewust). Mensen buigen zich vaak naar een hond toe of over hem heen om hem aan te halen of te aaien. Voor een hond is dat bedreigend. Uit onderzoek blijkt dat mensen die in hun gezicht gebeten worden in de meeste gevallen (76%) over de hond heen bogen. In de andere gevallen hield men het gezicht vlak bij dat van de hond (19%) of staarde men in de hond zijn ogen (5%) (Rezac P, 2015).

Een hond kan zich bedreigd voelen en zal gemakkelijker ‘aanvallen’ wanneer hij aan de leiband is (hij kan niet vluchten), wanneer hij aan het eten is (eten verdedigen), wanneer hij slaapt (schrikken), wanneer hij in de auto zit (territorium en niet kunnen vluchten), wanneer men hem ongevraagd benadert, wanneer men zich naar hem toe buigt of over hem heen buigt, recht op hem afstapt, een hand boven zijn hoofd houdt om hem te aaien of wanneer men hem pijn doet.

Kinderen zijn het meest kwetsbaar voor ernstige hondenbeten. Het gedrag van kinderen is juist kenmerkend voor wat honden vaak als bedreigend ervaren of waar ze van schrikken (roepen, rennen, plotse bewegingen, ongecontroleerde motoriek, …). Bij sommige honden lokt dit eerder speelgedrag uit, waarbij ze naar armen    en benen happen. Kinderen die les krijgen over het gedrag van honden en hoe ze met honden om moeten gaan, zijn voorzichtiger in het benaderen van honden en wachten met aaien tot de hond aangeeft dat hij geaaid wil worden (Chapman S, 2000).

©Hilde Maris

Referenties

1. Chapman S, Cornwall J, Righetti J, et Preventing dog bites in children: randomized controlled trial of an educational intervention. West J Med. 2000 Oct;173(4):233-4.
2. Rezac P, Rezac K, Slama Human behavior preceding dog bites to the face. Vet J. 2015 Dec;206(3):284-8.
3. Westgarth C, Brooke M, Christley How many people have been bitten by dogs? A cross-sectional survey of prevalence, incidence and factors associated with dog bites in a UK community. J Epidemiol Community Health. 2018 Apr;72(4):331-336.